'Gewetenschapper' Kasper Bormans: ‘Ik vertrek vanuit een oprechte bewondering.’
Hij is een prille dertiger maar zit helemaal in de wereld van de ouderen. En hoe die ouderen, als ze dementie krijgen, nog kunnen communiceren. Bijvoorbeeld via de kracht van dromen. Communicatiekrak Kasper Bormans (KU Leuven) is geen doorsnee academicus: hij vertaalt zijn onderzoek naar de praktijk en… voor het publiek. Met bejubelde werken als ‘Wat Alz’ (2014), ‘Een nieuw geheugenpaleis (2017) en ‘Tijd maken voor mensen met dementie’ (2020). Innovatieve apps als ‘MemoryHome’ of het ‘Spel van de Verbeelding’. En zijn krachtige keynote op Smart Care 2021: mis hem niet.
Van probleem naar potentieel
Kasper doctoreert al sinds 2010. ‘Toen ik aan de slag ging als vrijwilliger in een woonzorgcentrum, zag ik dat dementie niet alleen zwaar is voor de cliënt maar ook voor zijn nabije netwerk. Dementie is niet enkel een geheugenprobleem maar eigenlijk een communicatieverhaal. Als wetenschapper en als mens ontstaan er dan weer mogelijkheden, zoals de negatieve dementiedriehoek proberen omdraaien. Je kijkt best niet alleen naar het verleden maar ook naar de toekomst, waar mensen met dementie nog van dromen. Zodat ze terug in beweging komen. Want die dromen beleef je niet ’s nachts: het zijn de kleine dingen waar men nog naar uitkijkt. Dat is waar ‘Wat Alz’ rond draait.’
Het ‘Spel van de Verbeelding’ speelt een andere rol: ‘We mogen niet alleen kijken naar de aandoening, het verleden, het onvermogen of de draaglast. Wat te denken van de persoon zelf en zijn capaciteiten die langer of helemaal onaangetast blijven? Denk aan fantasie, een vermogen dat we niet kunnen verliezen. Daarom maakte ik het ‘Spel van de Verbeelding’. En om de driehoek rond te maken: probeer dementie niet te zien als een doodlopende straat omdat er nog geen geneesmiddel is. Bewandel letterlijk verschillende wegen zoals via de mobiele app ‘MemoryHome’. Zodat mensen met dementie geheugenwandelingen kunnen maken in geheugenpaleizen.’
Geheugenwandelingen en -paleizen
Die intrigerende termen smeken om een woordje uitleg. ‘Je maakt een wandeling door een vertrouwde ruimte, thuis of in het woonzorgcentrum. Daar koppel je dierbare personen aan zichtbare objecten. Het idee is dat er bij zo’n geheugenwandeling altijd een meewandelaar is, iemand uit de directe omgeving van de persoon met dementie. Zo’n verborgen slachtoffer zetten we om in een verborgen hulpbron. De geheugenwandeling helpt om positieve gesprekken op gang te brengen, wat het geheugen van de persoon met dementie flink stimuleert. Uit Canadees onderzoek blijkt zelfs dat nieuwe hersengebieden worden aangesproken. Dat onderzoek speelde zich echter af in een labo, waar mensen technieken leerden en die soms vergaten toen ze thuiskwamen.’
Je hoeft niet te wachten tot je achteruit gaat om de voordelen van geheugenpaleizen te ontdekken
Kasper zag ruimte tot verbetering, samen met zijn promotor Dirk De Wachter. ‘Door de echte realiteit te gebruiken in plaats van virtuele ruimtes uit hun gedachten. Niet door objecten of ruimtes na te bootsen, maar door te wandelen in de vertrouwde omgeving. De Canadezen vertrokken vanuit een probleem, een negatief beeld, iets dat opgelost kan worden. Nu vertrekken we vanuit een oprechte bewondering voor mensen met dementie en hun mantelzorgers en hulpverleners. En vooral hoe we hen kunnen versterken, hoe we iets toevoegen. Het hoofddoel is niet de reproductie van informatie maar het verbinden: het delen van een gevoel, een ervaring, een emotie. Dus leren we onze meewandelaars gesprekstechnieken uit ‘Tijd voor mensen met dementie’, waar trouwens mijn keynote ook aan vasthangt.’
Positivisme, toekomst en eigenwaarde
Kaspers onderzoek brengt hem op internationale fora. ‘90% van het Alzheimeronderzoek gaat over snel een geneesmiddel vinden. Dat onderzoek speelt zich vooral af in de hersenen, door een microscoop. Kortom: een farmacologische insteek. Terwijl ik het eerder vanop een afstand bekijk met focus op het psychosociale, want medemensen zijn voorlopig het beste medicijn. En welke 3 waardevolle dingen kan je injecteren in het mentale landschap van de ander? Positivisme, toekomst en eigenwaarde. Dat is net zoveel van toepassing bij je collega’s, vrienden of kinderen. Waarom zou je niet iets positiefs zeggen, iets om naar uit te kijken? Waardoor de ander zich beter voelt of in beweging komt?
Eigenlijk zijn we allemaal meewandelaars, zo blijkt. ‘Je hoeft niet te wachten tot je achteruit gaat om de voordelen van geheugenpaleizen te ontdekken. In Cambridge worden ze nu zelfs ingezet bij mensen met depressie. Het leuke is dat mensen van nature herinneringen koppelen aan plaatsen. Die herinneringen plaatsen ze altijd in een context. Als je het logo van McDonalds ziet krijg je spontaan zin in een hamburger: niemand wordt geboren met die associatie, het is doelbewust gecreëerd. Maar misschien kunnen we er ook iets zinvol mee doen? 1 van onze gesprekstechnieken is de ja-kamer, waarmee je de kans vergroot dat men ingaat op je verzoek. Bijvoorbeeld als je al knikt bij je vraag of eerst meerdere vragen stelt waarop de ander telkens ja zegt. Bijvoorbeeld: Ga je mee wandelen?’
Van weerstand tot samenwerking
Die ja kreeg Kasper zelf niet altijd. Of niet meteen. ‘Toen ik huisartsen bezocht om de levenskwaliteit van hun Alzheimerpatiënten te verbeteren, kreeg ik weleens weerstand. Zeker in het begin. Want wat weet een communicatiewetenschapper nu over dementie? Daarom heb ik me er ook als vrijwilliger helemaal in ondergedompeld, was het zinvol om te luisteren en me te verdiepen.
Maar soms gaat het moeilijker, zoals die adviesraad voor de Europese Commissie met 50 collega-onderzoekers. Ze sloegen op tafel toen ik zei dat vernieuwing ontstaat door ook jonge mensen met goede ideeën te steunen. Dus niet alleen de gevestigde onderzoekers. Maar het kan ook positiever: mensen zijn vaak aangenaam verrast als ze me zien. Ze verwachten eerder een oude man met saaie slides (lacht).’
Wat die jongere man vertelt is vaak nog verrassender. ‘Ik werk binnenkort met kinderen en hun tekeningen, want zij maken zeer snel verbinding met ouderen. Ze snappen het eigenlijk al allemaal. Maar onderweg in het leven gaan we geloven dat onze communicatie feitelijk en oppervlakkig moet zijn: zaken als gevoel, verwondering en aanraking proberen we te schrappen.
Op de lagere school moeten we plots stilzitten en reproduceren. Mensen met dementie dwingen ons die starre houding ondersteboven te zetten, door met hen te communiceren krijgen we veel terug. Wat was de laatste keer dat je nog iets positief hoorde over dementie? Het zijn meestal verhalen van achteruitgang. En dat is eenzijdig en onterecht.’
Onderzoek zonder grenzen
Kasper vond ook inspiratie in Nederland. ‘Ik sluit me aan bij de positieve gedachte dat het geneesmiddel er komt, maar intussen moeten we onze omgang met dementie herbekijken. Dementiegoeroe dr. Anneke van der Plaatse benadert al vele decennia mensen met dementie constructief en succesvol. Recent bracht ik haar een bezoekje in het verpleeghuis, waar ze verzorgd wordt door mensen die haar inzichten toepassen. En dan is er Maastricht University, die een hele onderzoeksgroep heeft rond dementiecommunicatie. Doorheen de jaren leerde ik me gewoon te omringen met enthousiaste mensen die op dezelfde manier nadenken: toen ik in Leuven begon werd ik soms scheef bekeken en uitgelachen. Maar dat is het voordeel van de buitenstaander: hij heeft geen stolp waaronder hij vast zit. Hij gaat op zoek naar verse zuurstof, nieuwe gezichten en frisse ontmoetingen.
Comments